Een onderzoek, medegefinancierd door het Breakthrough T1D, zou bij kunnen dragen aan het beter functioneren van implanteerbare medische apparaten die gebruikt kunnen worden bij de behandeling van type 1 diabetes en andere ziekten.

Op 20 maart publiceerden onderzoekers van MIT en het Boston’s kinderziekenhuis een artikel in Nature Materials met nieuwe inzichten over de reactie van het immuunsysteem op materialen die gebruikt worden in implanteerbare medische hulpmiddelen. Het artikel kan bijdragen aan het voorkómen van afstoting van onder andere diabeteshulpmiddelen, zoals infusiesets, sensoren en in het bijzonder inkapselingsproducten.

“Alleen al in de VS leven meer dan tien miljoen mensen met medische hulpmiddelen die ofwel geimplanteerd zijn of door de huid heen gaan. Voor mensen met diabetes zou dit onderzoek kunnen zorgen voor verbetering van infusiesets, CGM-therapie en uiteindelijk het gebruik van ingekapselde insulineproducerende cellen”, aldus Aaron Kowalski, vice-voorzitter onderzoek van Breakthrough T1D International. “Als we begrijpen hoe we onnodige reacties van het immuunsysteem tegen de materialen gebruikt in medische apparaten kunnen behandelen en voorkómen, kunnen we therapieën bedenken die effectiever werken en minder bijwerkingen hebben. Dat zou een enorme stap vooruit zijn in de missie van het Breakthrough T1D om type 1 diabetes beter te behandelen, te voorkómen en te genezen.”

Bij het onderzoek werd na het implanteren van biomaterialen zoals keramiek, polymeren en hydrogel bij proefdieren een verhoogde concentratie van een bepaalde stof, CSF1R, gevonden. Het onderdrukken van CSF1R verbeterede de biocompatibiliteit en verminderde verdikking en verlittekening van bindweefsel (fibrose), zonder de nadelen van breedspectrum immunosuppressie.

“Dit geeft ons een beter beeld van de fysiologie achter het proces van fibrose en een mogelijke manier om de reactie van het lichaam zo te moduleren dat er geen littekenweefsel om implantaten ontstaat.”

Op dit moment moeten dingen als een CGM of een infusieset regelmatig verwisseld worden om te voorkomen dat er teveel littekenweefsel omheen ontstaat wat ervoor zorgt dat een infusieset bijvoorbeeld geen insuline meer kan afgeven. Daarnaast zijn testen met ingekapselde insulineproducerende cellen mede mislukt door het ontstaan van littekenweefsel om het apparaat heen. Het voorkómen van afstoting van dergelijke apparaten zonder het gebruik van breedspectrum immunosupressie zou de levensduur hiervan kunnen verlengen en de kwaliteit van leven van mensen met T1D kunnen verhogen.